Veel mensen krijgen een onbehaaglijk gevoel bij de Cyborgs uit sciencefiction films: monsters waarin mens en robot samensmelten in cybernetische organismen. Tegelijkertijd zijn kunstheupen, gelaserde ogen, pacemakers en cochleaire gehoorimplantaten al tientallen jaren ingeburgerd. Onderzoekers kweken al menselijke organoiden en zelfs kloppende hartcellen op een chip of draagbare kunstnieren . Voor scholieren van vandaag zal de burgemeester niet meer langskomen op hun honderdste verjaardag, omdat bijna iedereen tegen die tijd meer dan een eeuw leeft.
In het derde verhaal in De vooruitkijkspiegel , ‘mijn 3D-geprinte hart klopt in eeuwigheid,’ is de dood al zo goed als uitgebannen. De schets van hoe dat in praktijk zou kunnen uitwerken geeft te denken. Iedereen is prosument – verenigt producent en consument in zich - en heeft thuis een 3D-printer om alles te maken, tot reserveorganen aan toe. Al twintig jaar is geen mens ter wereld gestorven door natuurlijke oorzaken. Dan staat een nieuwe profeet op die de weg wijst naar de hemel. Is zij een rattenvanger of de redder der mensheid?